Terugkoppeling RIVM Invitational 26 november 2024

11 februari 2025

In samenwerking met de Federatie van VSV’s en het CPZ is het RIVM de afgelopen maanden bezig geweest met een proces om VSV’s en IGO’s op een juiste manier te kunnen ondersteunen bij het verkrijgen van meer inzicht in de eigen populatie en uitkomsten als basis voor beleid. In dat kader werd op 26 november een invitational voor leden van VSV’s en IGO’s georganiseerd. Tijdens deze bijeenkomst is besproken welke data en informatie al beschikbaar zijn, waar dit te vinden is en hoe dit ingezet kan worden. Daarnaast is besproken welke aanvullende data of informatie gewenst is.

Wat is er opgehaald?

  • Behoefte aan een plek waar alle data bij elkaar te vinden is.
  • Behoefte aan een platform/dashboard waar je op een flexibele manier met de data aan de slag kunt en diepgaander inzicht kunt krijgen (dus meer dan alleen een percentage van 1 indicator bijvoorbeeld); ook afgezet tegen kenmerken van de populatie van het VSV/de IGO.
  • Behoefte om te kunnen vergelijken met andere regio’s; hoe staat het er daar voor?; spelen er dingen in onze regio die in andere regio’s niet spelen?; wie heeft juist een vergelijkbare populatie en kunnen we dan dingen van elkaar leren en contact met elkaar zoeken?
  • Behoefte om verschillen die in de praktijk opgemerkt worden te kunnen verklaren a.d.h.v. data
  • Ook case-mix correcties[1] zijn belangrijk om uitkomsten onderling vergelijkbaar te maken tussen regio’s die geen vergelijkbare populatie hebben.
  • Behoefte aan meer informatie over de data; waar kijk ik precies naar?; hoe is de data opgebouwd?; ook duiding toevoegen; welke conclusies kunnen we trekken?
  • Nu veelal gebrek aan onderbouwing van beleid en keuzes in strategie o.b.v. betrouwbare data. Veel wordt nu op gevoel gedaan; nog niet allemaal gewend om veel met data aan de slag te gaan en daar beleid op te baseren. Belangrijk om hier eerst een goede basis voor op te bouwen.

Welke vervolgstappen worden er gezet?

  1. Vanuit het RIVM zal gewerkt worden aan het breder bekend maken van de DIAPER data-infrastructuur en wat hier nu al mee mogelijk is. Binnen DIAPER wordt bestaande registratiedata vanuit verschillende bronnen gekoppeld binnen de CBS omgeving, o.a. Perined, Vektis en CBS data. Dit biedt veel mogelijkheden voor onderzoek, maar ook voor toepassingen in de praktijk zoals hierboven genoemd.
  2. Regiobeeld.nl zal uitgebreid worden met een aantal indicatoren binnen het thema Zwangerschap & Geboorte om zo direct al meer inzicht te kunnen bieden. Op Regiobeeld.nl kan een eigen regio samengesteld worden. Ook worden de mogelijkheden verkend om hier uitsplitsingen te kunnen laten zien. Hiervoor wordt ook weer gebruik gemaakt van de data binnen de DIAPER data-infrastructuur.
  3. Overige, (lange termijn)punten worden opgepakt binnen de Monitoringsfunctie eerste 1000 dagen die per 1 januari 2025 van start is gegaan bij het RIVM.

Waar is nu al informatie te vinden die relevant kan zijn voor VSV/IGO beleid?

Neem hier vooral vast eens een kijkje. Vragen en suggesties rondom dit thema zijn daarnaast altijd welkom.

Ook is er online al informatie te vinden over de DIAPER data-infrastructuur en de mogelijkheden voor onderzoek en andere inzichten op basis van DIAPER. Zie hiervoor: https://www.rivm.nl/monitoren-zwangerschap-en-geboorte/diaper

Voor meer informatie over de Monitoringsfunctie eerste 1000 dagen en de plannen voor de komende periode, verwijzen we graag naar de rapportage hierover: Inrichting monitoringsfunctie eerste 1.000 dagen | RIVM

Neem voor meer informatie of suggesties contact op met de RIVM; Zoë Scheefhals via zoe.scheefhals@rivm.nl


[1] Hierbij wordt gecorrigeerd voor verschillen in populatiekenmerken (bijvoorbeeld: leeftijd, opleidingsniveau, inkomen, etc.).


Lees ook

9 september 2025

Verkiezingen 2025: standpunten geboortezorg

Standpunten politieke partijen over geboortezorg (Verkiezingsprogramma’s 2025) In aanloop naar de verkiezingen van 2025 hebben vrijwel alle politieke partijen aandacht besteed aan geboortezorg en aanverwante thema’s in hun programma’s. Om geboortezorgprofessionals, beleidsmakers en andere belangstellenden snel inzicht te geven in de belangrijkste verschillen en overeenkomsten, is hieronder een samenvatting opgenomen. Het overzicht is neutraal opgesteld en bundelt de thema’s die relevant zijn voor de praktijk van verloskundigen, gynaecologen, kraamverzorgenden en jeugdgezondheidszorg. Kraamzorg en kansrijke start Veel partijen benoemen expliciet het belang van kraamzorg. De ChristenUnie wil met zorgverzekeraars een plan opstellen zodat geen enkel gezin zonder kraamzorg hoeft te starten. NSC garandeert behoud van kraamzorg, maakt salarissen marktconform vanuit het budget wijkverpleging en schaft de eigen bijdrage af. Ook de SGP en de SP pleiten voor het afschaffen van de eigen bijdrage en voor investeringen in kraamzorg. De partijen benadrukken dat goede begeleiding rond geboorte en in de eerste levensweken cruciaal is voor een kansrijke start. Daarnaast besteden meerdere partijen aandacht aan preventie en de eerste duizend dagen. Zo wil de ChristenUnie programma’s tegen onbedoelde zwangerschappen uitbreiden, terwijl Volt inzet op begeleiding van kwetsbare ouders en laagdrempelige ondersteuning bij mentale klachten en middelengebruik. Het CDA koppelt de 1000-dagen-aanpak aan scholen, kinderopvang en jeugdgezondheidszorg. Deze accenten onderstrepen dat preventie en vroegtijdige ondersteuning steeds meer als sleutel worden gezien voor een gezonde start. Regionale en acute geboortezorg Een breed gedeelde zorg onder partijen is het behoud van regionale ziekenhuizen en spoedvoorzieningen, inclusief verloskunde. BBB stelt voor een fonds op te richten om streekziekenhuizen financieel te ondersteunen en wijst op het belang van functies als spoedverloskunde en IC. NSC ziet niet-complexe ziekenhuiszorg, zoals veel bevallingen en spoedzorg, als doelmatig op regionale schaal en pleit voor behoud van streekziekenhuizen. Ook de PVV, GL-PvdA en PvdD kiezen voor beschikbaarheidsfinanciering en behoud van verloskamers in streekziekenhuizen. FVD gaat verder door gesloten ziekenhuizen te willen heropenen. Het CDA en de VVD leggen accenten bij het concentreren van hoog-complexe zorg, maar zien laag-complexe zorg juist in de regio. De rode draad: geboortezorg moet overal bereikbaar en beschikbaar blijven. Marktwerking en financiering Veel partijen willen marktwerking en financiële prikkels in de zorg terugdringen. De SP kiest voor een volledig publiek zorgstelsel, zonder private equity of winstuitkering. GL-PvdA wil het winstverbod aanscherpen en optreden tegen commerciële ketens die de huisartsenzorg overnemen. Ook de ChristenUnie en NSC zijn kritisch op investeerders in de eerstelijnszorg. De PvdD spreekt expliciet uit dat zorg geen markt is, maar een basisvoorziening. CDA en SGP laten wel ruimte voor private financiering, maar onder strikte voorwaarden. Het debat over de rol van markt en geld in de zorg speelt daarmee een grote rol in de verkiezingsprogramma’s. Eerstelijnszorg en gezondheidscentra Partijen benadrukken het belang van samenwerking in de eerste lijn. CDA, GL-PvdA, NSC en VVD zien gezondheidscentra en buurtgerichte zorg als oplossing om huisartsen, wijkverpleegkundigen en kraamzorg beter te laten samenwerken. SP en FVD leggen nadruk op versterking van de huisartsenzorg zelf: minder bureaucratie, meer tijd en steun voor praktijkhouderschap. Deze inzet raakt direct de geboortezorg, waar samenwerking tussen verloskundigen, huisartsen en jeugdgezondheidszorg essentieel is. Prenatale screening en ethiek De verschillen tussen partijen zijn hier groot. De ChristenUnie en SGP willen screening beperken en vooral inzetten voor gezondheid van moeder en kind, niet voor selectie. Zij zijn kritisch op de NIPT als standaard onderdeel van zorg en benadrukken bescherming van ongeboren leven. JA21 noemt abortus een belangrijk recht, maar wil wel het debat over de termijn voeren. Deze standpunten raken de counseling en voorlichting die geboortezorgprofessionals geven. Keuzevrijheid bij bevallen De PvdD benadrukt nadrukkelijk dat de keuzevrijheid van de zwangere centraal staat. Bevallen thuis of in het ziekenhuis moet altijd een optie zijn, en nooit noodgedwongen door een tekort aan verloskamers. Ook pleit de partij voor het afschaffen van de eigen bijdrage bij poliklinische bevallingen. Daarmee brengt de PvdD een duidelijke visie op autonomie in de geboortezorg. Vruchtbaarheidszorg en nazorg Vruchtbaarheidszorg, kleinschalige geboortecentra en doula-begeleiding krijgen vooral aandacht bij de PvdD. De partij wil deze voorzieningen toegankelijk maken via het basispakket en ook perinatale nazorg en lactatiekundige begeleiding structureel vergoeden. Andere partijen benoemen vruchtbaarheidszorg niet expliciet, maar raken het thema indirect via bredere pakketdiscussies of via hun visie op passende zorg. Vrouwengezondheid Meerdere partijen wijzen op achterstanden in de zorg voor vrouwen. Volt wil de Nationale Strategie Vrouwengezondheid uitbreiden, met aandacht voor aandoeningen zoals endometriose. Het CDA pleit voor meer aandacht in medische opleidingen. SP en VVD leggen nadruk op snellere diagnosen en beter onderzoek naar vrouw-specifieke aandoeningen. Deze focus sluit aan bij de roep vanuit het veld om gendersensitieve zorg. Passende zorg en pakketkeuzes Het vraagstuk van passende zorg speelt bij meerdere partijen. ChristenUnie en JA21 willen dat bewezen effectieve behandelingen leidend zijn voor opname in het basispakket en vinden dat zorg soms ook moet gaan over “niet doen”. VVD en NSC benoemen expliciet dat keuzes nodig zijn om het pakket betaalbaar te houden. Dit raakt geboortezorg bijvoorbeeld bij prenatale diagnostiek, kraamzorg en vruchtbaarheidszorg. Digitalisering en gegevensuitwisseling Een terugkerend thema is het verbeteren van gegevensuitwisseling tussen zorgverleners. CDA wil een Nationaal Zorgplatform met open standaarden. VVD pleit voor een systeem waarbij gegevens standaard gedeeld worden tenzij de patiënt bezwaar maakt. SGP wil een landelijke voorziening met nadruk op patiëntregie. Voor geboortezorgprofessionals, die vaak met meerdere disciplines samenwerken, is dit een belangrijk speerpunt. Arbeidsmarkt en werkdruk Tekorten aan professionals en hoge werkdruk zijn een breed gedeeld probleem. SP wil betere salarissen en minder bureaucratie. CDA en SGP zetten in op specialisten in loondienst en meer scholingsmogelijkheden. VVD wil huisartsen ondersteunen met praktijkruimte in regio’s met tekorten. Deze maatregelen raken ook de geboortezorg, waar de werkdruk en het behoud van professionals grote uitdagingen zijn. Conclusie Hoewel de accenten verschillen, is duidelijk dat geboortezorg voor vrijwel alle partijen een belangrijk thema is. Partijen zijn het eens over het belang van kraamzorg, een kansrijke start en bereikbare acute zorg in de regio. De verschillen zitten vooral in de rol van marktwerking, de visie op prenatale screening en de mate waarin keuzevrijheid van ouders centraal staat. Voor geboortezorgprofessionals is het waardevol dat deze thema’s expliciet op de politieke agenda staan. Dit overzicht helpt om de standpunten snel te vergelijken en beter te begrijpen welke richting partijen op willen met de zorg rond zwangerschap en geboorte.
4 september 2025

Samen Groeien 010: inzichten, verhalen en tools voor betere zorg in de eerste 100 + 1000 dagen

Hoe kun je (aanstaande) ouders in kwetsbare omstandigheden écht goed ondersteunen vanaf de kinderwens tot in de peutertijd? Het Rotterdamse...
4 september 2025

Vernieuwde brochure Stille Levens biedt ouders en professionals houvast bij keuzes rond onderzoek na babysterfte

Wanneer een baby overlijdt, worden ouders in korte tijd geconfronteerd met ingrijpende keuzes. Eén daarvan is of zij onderzoek willen...