veelgestelde vragen BUZZ

30 januari 2019

Veelgestelde vragen over het project BUZZ (Bespreken uitkomsten Zwangerschap met Zwangere)

Dit artikel is overgenomen van de site Qruxx.com


Het BUZZ-project wil zwangere vrouwen meer inzicht geven in hun eigen situatie. Hierdoor kunnen ze beter geïnformeerd het gesprek met de zorgverlener aangaan en samen beslissen over de best passende zorg tijdens de zwangerschap en bevalling.

Een van de zestien voorloperprojecten van het Zorginstituut.  Naar het overzicht van alle projecten

Wat houdt het project in?

In het BUZZ project willen we zwangeren en (pas) bevallen vrouwen een beter inzicht geven in de voor hen belangrijke keuzes tijdens en na de zwangerschap, zodat zij geïnformeerd kunnen beslissen over zorg.

Hiervoor gebruiken we de Uitkomstenset Zwangerschap & Geboorte. Deze is gebaseerd op de ICHOM Standard Set. De set bestaat uit een aantal vragen over uitkomsten van zorg en de ervaringen van de vrouw. De vragen worden op vijf momenten tijdens en na de zwangerschap aan de cliënt voorgelegd. De cliënt en de zorgverlener bespreken de uitkomsten tijdens het consult. Op die manier wordt het voor de cliënt en de zorgverlener mogelijk om samen te beslissen over de best passende zorg.

Het project begint dus met het implementeren van de genoemde uitkomstenset. Voorafgaand aan het BUZZ-project is in het programma Sturen op kwaliteit van de NFU al onderzocht hoe deze ICHOM-set geschikt te maken was voor de Nederlandse situatie. Als de uitkomstenset er binnenkort is, starten er zes pilots waarin naast klinische uitkomsten ook gestructureerd PROMs en PREMs gemeten zullen worden.

Hoe gaat het project een bijdrage leveren aan waardegedreven zorg?

Door het uitvragen van patiëntgerapporteerde uitkomsten en wat vrouwen zelf belangrijk vinden, willen we de geboortezorg beter afstemmen op hun wensen en meer zorg op maat gaan bieden. Wat nieuw is, is dat we de PROMs en PREMs willen gaan koppelen aan cliëntgegevens, zodat de gegevens direct gebruikt kunnen worden in de spreekkamer. Ook worden de uitkomsten gebruikt voor het verbeteren van zorg en kunnen zorgverleners onderling hun uitkomsten vergelijken.

Wie zijn de initiatiefnemers?

Professor Jan Hazelzet, Erasmus MC, Professor Arie Franx, Utrecht UMC en Drs. Hiske Ernst, projectmanager Erasmus MC.

Aan het project nemen zes verloskundige samenwerkingsverbanden (VSV’s) deel: VSV Erasmus MC, VSV Leiden, VSV Alliant (UMC Utrecht), VSV Rondom Zwanger (Spaarne Gasthuis, Haarlem), VSV Zwolle (Isala) en Integrale Geboortezorgorganisatie Annature (Amphia Ziekenhuis, Breda).

Daarnaast is de Patiëntenfederatie Nederland nauw bij het project betrokken, net als de beroeps- en belangenorganisaties in de geboortezorg. Deze zijn vertegenwoordigd in de Adviesraad.

Hoe wordt het project ingebed in uw zorgorganisatie(s)?

De bedoeling is dat de zes deelnemende VSV’s starten met een pilot waarin ze uitkomsten meten die ze in de spreekkamer gaan gebruiken. Bij de start zullen de VSV’s nog niet alle uitkomsten meten op elk meetmoment. Het gaat er vooral om ervaring op te doen. De ene pilot kan zich op de hele doelgroep richten, de andere op een specifieke doelgroep, bijvoorbeeld vrouwen die eerder een keizersnede hebben gehad of die diabetes hebben.

Hoe gaat de opschaling eruit zien?

Als de registratie binnen een pilot goed loopt, zal deze worden uitgebreid met meer cliënten, meer uitkomsten of meer meetmomenten. Na de projectperiode, die eindigt op 1 september 2020, gaan we delen wat de ervaringen zijn en is er een implementatieplan voor uitkomstgerichte zorg in de geboortezorg. Opschalen zal o.a. via de landelijke branche- en beroepsorganisaties plaatsvinden.

Welke knelpunten ervaart u?

Een groot aandachtspunt is de IT. Het is een transmuraal project, maar data-uitwisseling in de keten is nog lastig. Een zwangere kan bij eerste uitvraag nog zorg krijgen van haar verloskundige  en bij de volgende bij de gynaecoloog in het ziekenhuis. Die willen van elkaar weten wat er ingevuld is. Deze informatie uitwisseling is op dit moment nog niet goed geregeld.

Ook het koppelen van uitkomstmaten aan klinische data is nog niet mogelijk. We werken samen met het landelijke programma. We hopen snel te kunnen schakelen.

De data moeten bovendien realtime digitaal opvraagbaar zijn. Een zorgverlener moet tijdens het consult meteen kunnen inzien wat een vrouw heeft ingevuld. Hiervoor zal onder andere  een dashboard ontwikkeld moeten worden.

Wat kunnen anderen ervan leren?

Andere zorgverleners binnen en buiten geboortezorg kunnen leren hoe wij in een transmuraal project uitkomstmeting, uitwisseling en koppeling van data organiseren. Die vraag bestaat op heel veel plekken.

Hoe kunnen anderen deelnemen?

Er zijn op dit moment voldoende deelnemende VSV’s. Belangstellenden kunnen binnenkort al wel de uitkomstensets gaan gebruiken. Die gaan we vrij beschikbaar stellen via de website van het CPZ.

Met wie kunnen belangstellenden contact opnemen? 

Projectleider Hiske Ernst: h.ernst-smelt@erasmusmc.nl


Lees ook

11 juli 2024
Kwaliteit

Indicatorenset IG 2024 vastgesteld

In de vergadering van de  werkgroep indicatoren integrale geboortezorg van 4 juli jl. is de indicatorenset voor het verslagjaar 2024...
2 juli 2024
Cliëntparticipatie

Strong Babies reikt Jonge Onderzoekers beurs uit voor gelijke kansen in de geboortezorg

Komend najaar 2024 reikt Strong Babies de Jonge Onderzoekers beurs uit voor onderzoek gericht op het bestrijden van kansongelijkheid in...
3 juni 2024
Cliëntparticipatie

Aanvraag nieuw advies Vitamine K

Staatssecretaris Van Ooijen heeft de Gezondheidsraad gevraagd opnieuw te bezien wat de beste toedieningsvorm zou zijn van vitamine K bij...