Welke cliëntervaringsinstrumenten kan een VSV gebruiken?

Het CPZ krijgt nog regelmatig vragen hoe het nu zit met de verplichte clientervaringsmetingen voor verslagjaar 2018. In juli 2017 heeft Zorginstituut Nederland (ZiN) de set indicatoren integrale geboortezorg vastgesteld. ZiN heeft bepaald dat VSV’s vanaf verslagjaar 2018 de Netto Promotor Score (NPS) op het niveau van VSV’s moeten uitvragen en aanleveren bij het ZiN. Meer informatie hierover is terug te lezen in eerdere berichtgeving (februari 2018) van het CPZ hierover via deze link.

Naast de NPS moeten VSV’s vanaf verslagjaar 2018 jaarlijks systematisch cliëntervaringen verzamelen met een gevalideerd instrument naar keuze. De resultaten van de meting en de hieruit volgende acties hoeven niet bij ZiN aangeleverd te worden (dit in tegenstelling tot de NPS), maar dienen opgenomen te worden in het jaarlijks kwaliteitsverslag van VSV’s. ZiN heeft geen eisen gesteld t.a.v. het aantal cliënten en het moment waarop dit instrument moet worden afgenomen. In tegenstelling tot de implementatie van de NPS als verplicht cliëntervaringsinstrument, hebben VSV’s wat meer tijd om een 2e erkend cliëntervaringsinstrument te kiezen en te implementeren. Als voorbeelden van dergelijke instrumenten noemt ZiN: ReproQ, Lady X, PCQ, ICHOM of Zorgkaart Nederland.

CPZ geeft geen advies over welk instrument het meest wenselijk is. Dat kan voor elk VSV verschillend zijn. Het CPZ heeft wel alle erkende cliëntervaringsmeetinstrumenten op een rijtje gezet in eerdere berichtgeving. Dit complete overzicht van april 2018 vind je via deze link.